Statuten

Gedeponeerd op 8 februari 2021 (download)

Artikel 1 – Naam en zetel

  1. De vereniging draagt de naam: 
    Nederlandse Vereniging voor Neuro-Linguïstisch Programmeren.
  2. De vereniging is gevestigd in de gemeente Den Haag.

Artikel 2 – Doel

  1. De vereniging heeft als doel: het stimuleren en bekendheid geven aan Neuro Linguïstisch Programeren (hierna te noemen: NLP) alsmede het bevorderen en bewaken van de kwaliteit van NLP binnen het Nederlands taalgebied, en het verrichten van al wat hiermee verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn.
  2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door zich met name te richten op de navolgende speerpunten en het navolgende te faciliteren:
    1. Kwaliteit:
      het bewaken van de kwaliteit van opleidingen met betrekking tot NLP en van de bij de vereniging aangesloten opleidingsinstituten.
    2. Communicatie:
      • het communiceren over en promoten van de vereniging als een vereniging van en voor beoefenaars van NLP;
      • de toepasbaarheid van communiceren met NLP naar te selecteren (reguliere) vakgebieden, waaronder mede begrepen op het gebied van (geestelijke) gezondheidszorg;
    3. Vorming en educatie:
      Het bieden van een platform om kennis en vaardigheden van NLP te behouden, te verdiepen en te vernieuwen, in en buiten de vereniging.
    4. Wetenschappelijk onderzoek:
      Het ondersteunen en stimuleren van activiteiten die kunnen leiden tot een betere kennis en inbedding van NLP in de maatschappij.

Artikel 3 - Geldmiddelen

De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:

  1. contributies van leden;
  2. bijdragen van begunstigers en donateurs;
  3. giften, schenkingen, legaten en erfstellingen;
  4. opbrengsten van diensten aan verleend aan derden en van activiteiten van de vereniging;
  5. rente, subsidies en alle overige baten.

Artikel 4 – Lidmaatschap

  1. Lid van de vereniging kunnen zijn natuurlijke personen die:
    1. in het bezit zijn van een certificaat, behaald bij een door de vereniging geregistreerde opleiding, dan wel nog een opleiding volgen bij een door de vereniging geregistreerde opleiding (deze leden hierna ook te noemen: leden-practitioners).
      De door de vereniging geregistreerde opleidingen worden vastgelegd in een reglement als bedoeld in artikel 28; en/of
    2. op grond van het bepaalde in artikel 5 lid 2 door de begunstigers zijn aangewezen en waarvan de aanwijzing niet is ingetrokken (deze leden hierna ook te noemen: leden-begunstigers).
    Daar waar in de statuten wordt gesproken van leden worden daar zowel leden-practitioners als leden-begunstigers mee bedoeld, tenzij het tegendeel blijkt.
    Voorts dienen leden de missie, visie, strategie, het doel, de statuten en de ethische code van de vereniging te onderschrijven en daadwerkelijk willen meewerken aan de verenigingsactiviteiten.
  2. Leden zijn zij die zich als lid bij het bestuur hebben aangemeld en door het bestuur als zodanig tot de vereniging zijn toegelaten. Bij niet-toelating door het bestuur kan de algemene ledenvergadering alsnog tot toelating besluiten.
  3. De secretaris van het bestuur houdt een ledenregister bij, waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen.
    Als een lid heeft ingestemd met de oproeping tot een algemene ledenvergadering door middel van communicatie langs elektronische weg, wordt het adres dat door het lid voor dit doel is bekend gemaakt, in het ledenregister opgenomen.
  4. Een lid kan door het bestuur voor een periode van ten hoogste drie maanden worden geschorst als een lid in strijd handelt met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Gedurende deze periode van schorsing kan het lid zijn lidmaatschapsrechten niet uitoefenen. Zijn lidmaatschapsverplichtingen blijven bestaan.
  5. Binnen één maand nadat het lid van het besluit tot schorsing in kennis is gesteld, kan dat lid tegen dat besluit in hoger beroep gaan bij de algemene ledenvergadering en daar verweer voeren. Het bestuur is verplicht hiertoe de algemene ledenvergadering bijeen te roepen binnen vier weken na ontvangst van het beroepschrift. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep blijft het lid geschorst.

Artikel 5 - Begunstigers

  1. Begunstigers van de vereniging kunnen zijn rechtspersonen en/of samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid (maatschappen, vennootschappen onder firma, commanditaire vennootschappen, openbare vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid) die:
    • een NLP opleiding dan wel een opleiding met daarin NLP als substantieel onderdeel aanbieden en die als zodanig zijn geregistreerd in het in artikel 4 lid 1 bedoelde reglement;
    • de missie, visie, strategie, het doel en de ethische code van de vereniging onderschrijven.
  2. Een begunstiger is gerechtigd tot het aanwijzen van één (1) natuurlijk persoon die lid kan zijn van de vereniging, met dien verstande dat:
    1. indien de begunstiger een samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid is, deze persoon dient te zijn: een vennoot die bestuursbevoegdheid heeft;
    2. indien de begunstiger een rechtspersoon is waarvan het bestuur bestaat uit één of meer natuurlijke personen, deze persoon dient te zijn een bestuurder van de rechtspersoon;
    3. indien de begunstiger een rechtspersoon is waarvan het bestuur bestaat uit één of meer rechtspersonen, deze persoon dient te zijn: een uiteindelijk belanghebbende van die rechtspersoon, waarbij onder uiteindelijk belanghebbende(n) wordt verstaan: natuurlijke personen die direct of indirect voor meer dan vijfentwintig procent (25%) economisch gerechtigd is tot de rechtspersoon, dan wel degene die de uiteindelijke zeggenschap over de rechtspersoon uitoefent.
    Een begunstiger is te allen tijde gerechtigd de aanwijzing van de persoon die op grond van deze aanwijzing lid is van de vereniging in te trekken. De betreffende persoon voldoet dan niet meer aan de statutaire vereisten voor het lidmaatschap.
  3. De secretaris van het bestuur houdt een register bij, waarin de namen en adressen van alle begunstigers zijn opgenomen.

 Artikel 6 – Donateurs

  1. Donateurs zijn zij, die door het bestuur als zodanig zijn toegelaten. Er kunnen verschillende categorieën donateurs zijn.
    Donateurs zijn gebonden aan de statuten, reglementen en besluiten van de vereniging. Zij hebben alleen toegang tot de algemene ledenvergadering als die vergadering dat besluit. Zij hebben daar geen stemrecht.
    Donateurs onderschrijven de missie, visie, strategie, het doel en de ethische code van de vereniging.
    Nadere vereisten aan donateurs zullen worden vastgelegd in een reglement als bedoeld in artikel 28.
  2. De in deze statuten voor leden getroffen regelingen over toelating en opzegging met de gevolgen daarvan, zijn zoveel mogelijk ook van toepassing op donateurs.
  3. De algemene ledenvergadering stelt het minimumbedrag vast dat, hetzij per boekjaar, hetzij eenmalig, door een donateur aan de vereniging is verschuldigd.
    Daarbij kunnen de donateurs verplicht worden een opdracht tot automatische betaling van de periodieke bijdrage te verstrekken. De minimale bijdrage kan per categorie verschillen.
  4. De secretaris houdt een register bij waarin de namen en adressen van de donateurs zijn vermeld.

Artikel 7 – Einde lidmaatschap

  1. Het lidmaatschap eindigt door:
    1. het overlijden van het lid;
    2. opzegging door het lid;
    3. opzegging door de vereniging;
    4. ontzetting.
  2. Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan alleen plaatsvinden tegen het einde van een boekjaar, op voorwaarde dat dit schriftelijk en met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste een maand gebeurt. Opzegging kan met onmiddellijke ingang als redelijkerwijs van het lid niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. De contributie voor het lopende jaar blijft het lid verschuldigd. Te late opzegging heeft tot gevolg dat het lidmaatschap - met inbegrip van de daaraan verbonden verplichtingen - pas eindigt aan het eind van het volgend boekjaar, tenzij het bestuur op grond van bijzondere omstandigheden anders besluit.
    Een lid kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen een maand nadat een besluit waarbij zijn rechten zijn beperkt of zijn verplichtingen zijn verzwaard, hem bekend is geworden of is medegedeeld; het besluit is dan niet op hem van toepassing.
    Een lid kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen een maand nadat hem een besluit tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm, tot fusie of tot splitsing is meegedeeld. In dat geval blijft hij de oorspronkelijk voor dat jaar vastgestelde contributie verschuldigd.
  3. Opzegging van het lidmaatschap door de vereniging vindt plaats door het bestuur, door middel van een schriftelijk bericht aan het lid, met vermelding van de reden(en) van opzegging.
    Opzegging is mogelijk:
    • als een lid niet meer voldoet aan de statutaire vereisten voor het lidmaatschap; of
    • als een lid - ondanks schriftelijke aanmaning - zijn verplichtingen ten opzichte van de vereniging niet nakomt; of
    • wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
    Bij het opzeggingsbesluit wordt ook de datum van beëindiging van het lidmaatschap vastgesteld. De contributie voor het lopende jaar blijft verschuldigd.
  4. Ontzetting uit het lidmaatschap vindt plaats door het bestuur, door middel van een schriftelijk bericht aan het lid, met vermelding van de reden(en) van de ontzetting.
    Ontzetting is alleen mogelijk als een lid in strijd handelt of heeft gehandeld met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt of heeft benadeeld.
    De ontzetting gaat onmiddellijk in. De contributie voor het lopende jaar blijft verschuldigd.
  5. Binnen één maand nadat het lid van het besluit tot opzegging of ontzetting in kennis is gesteld, kan dat lid tegen dat besluit in beroep gaan bij de algemene ledenvergadering en daar verweer voeren. Het bestuur is verplicht hiertoe de algemene ledenvergadering bijeen te roepen binnen vier weken na ontvangst van het beroepschrift. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid waarvan het lidmaatschap is opgezegd, geschorst.
  6. Aan de eis van schriftelijkheid van een opzegging of een bericht van ontzetting wordt voldaan als de opzegging of het bericht van ontzetting uitsluitend elektronisch is gecommuniceerd.

Artikel 8 – Contributie van de leden

  1. De leden betalen een jaarlijkse contributie, waarvan de hoogte wordt vastgesteld door de algemene ledenvergadering. Daarbij kunnen de leden verplicht worden een opdracht tot automatische betaling van de periodieke bijdrage te verstrekken.
    De leden kunnen daarbij in categorieën worden ingedeeld die een verschillende contributie betalen.
  2. Het bestuur is bevoegd om, wegens bijzondere omstandigheden, een lid geheel of gedeeltelijk ontheffing te verlenen van het betalen van contributie in enig jaar.
  3. De algemene ledenvergadering kan besluiten dat de jaarlijkse contributie in gedeelten kan worden betaald en kan daaraan voorwaarden verbinden.
  4. Leden-begunstigers zijn vrijgesteld van de verplichting tot betaling van contributie.

Artikel 9 – Bestuur: samenstelling, benoeming en beloning

  1. Het bestuur bestaat uit een dagelijks bestuur en een algemeen bestuur.
    Het algemeen bestuur heeft een oneven aantal en bestaat uit vijf (5) of zeven (7) natuurlijke personen.
    De algemene ledenvergadering stelt het aantal bestuursleden vast.
    Het bestuur heeft een voorzitter, secretaris en penningmeester, zij worden door de algemene ledenvergadering in functie gekozen.
    Het dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter, penningmeester en secretaris.
    Voor ieder van hen kan het bestuur uit zijn midden een plaatsvervanger aanwijzen, die bij ontstentenis of belet de functie vervult van degene voor wie hij als plaatsvervanger is aangewezen.
    Een niet-voltallig bestuur behoudt zijn bevoegdheden totdat op de eerstvolgende algemene ledenvergadering heeft voorzien in de vacatures, met dien verstande dat als het aantal bestuursleden minder dan drie (3) bedraagt, het bestuur er voor zorg draagt dat binnen acht (8) weken een algemene ledenvergadering bijeen wordt geroepen zodat zo spoedig mogelijk in de vacatures kan voorzien.
  2. De algemene ledenvergadering benoemt de bestuursleden als volgt:
    1. indien het bestuur bestaat uit vijf (5) leden, wordt maximaal:
      • één (1) lid benoemd uit de leden leden-begunstigers;
      • één (1) lid benoemd uit de donateurs.
    2. indien het bestuur bestaat uit zeven (7) leden, wordt maximaal:
      • twee (2) leden benoemd uit de leden-begunstigers;
      • één (1) lid benoemd uit de donateurs.
    De benoeming vindt plaats bij besluit genomen met een meerderheid van uitgebrachte stemmen.
  3. De benoeming van bestuursleden vindt plaats uit een voordracht. Het bestuur is bevoegd een voordracht op te maken.
    De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de algemene ledenvergadering meegedeeld.
    De voordracht is bindend. Aan de voordracht kan evenwel het bindend karakter worden ontnomen door een besluit van de algemene ledenvergadering, met ten minste twee derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen genomen. In die vergadering moet ten minste twee derde (2/3) van de leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
    Als de algemene ledenvergadering het bindend karakter aan de voordracht heeft ontnomen, is zij vrij in de benoeming.
    De algemene ledenvergadering is ook vrij in de benoeming als de voordracht niet uiterlijk bij de oproeping voor de algemene ledenvergadering door het bestuur is meegedeeld.
    1. Bestuurders worden benoemd voor een periode van ten hoogste drie (3) jaar.
      Bestuurders treden af volgens een door het bestuur op te maken rooster. Een volgens rooster aftredende bestuurder is tweemaal onmiddellijk herbenoembaar. Het rooster zal zodanig zijn opgesteld dat de voorzitter en secretaris niet gelijktijdig kunnen aftreden.
    2. De in een tussentijdse vacature benoemde bestuurder neemt op het rooster de plaats in van degene in wiens vacature hij werd benoemd.
  4. Alle bestuurders kunnen een vergoeding krijgen van de kosten die zij redelijkerwijs hebben gemaakt in de uitoefening van hun functie.
    Alle bestuurders kunnen daarbij ook een vergoeding ontvangen voor hun inzet en werk¬zaam-he¬den voor de vereniging. Deze vergoeding bedraagt maximaal het in de vrijwilligersregeling voor de loonbelasting vastgestelde bedrag dat door een bestuurder kan worden verkregen zonder dat daarop loonbelasting door de vereniging dient te worden ingehouden.

Artikel 10 – Bestuur: einde functie, schorsing

  1. Een bestuurslidmaatschap eindigt:
    • door aftreden van een bestuurslid;
    • door verloop van de termijn waarvoor het bestuurslid is benoemd;
    • door overlijden van een bestuurslid;
    • door ondercuratelestelling van een bestuurslid of onder bewindstelling van zijn gehele vermogen;
    • wanneer het bestuurslid niet langer lid is van de vereniging;
    • door ontslag van het bestuurslid op grond van een besluit van de algemene ledenvergadering bij besluit genomen met een meerderheid van ten minste twee derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin ten minste twee derde (2/3) van de leden aanwezig of vertegenwoordigd is;
    • wanneer het bestuurslid in staat van faillissement wordt verklaard, een regeling in het kader van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen op hem van toepassing wordt verklaard of hij surseance van betaling verkrijgt;
    een en ander met inachtneming van het hierna bepaalde.
  2. Een bestuurslid kan te allen tijde door de algemene ledenvergadering worden geschorst. Deze schorsing vindt plaats bij besluit genomen met een meerderheid van ten minste twee derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin ten minste twee derde (2/3) van de leden aanwezig of vertegenwoordigd is.
    De schorsing beloopt ten hoogste drie maanden en kan door de algemene ledenvergadering eenmaal met die termijn worden verlengd. Volgt gedurende de schorsing geen ontslag, dan is de schorsing na het verloop van de termijn geëindigd. Het bestuurslid wordt in de gelegenheid gesteld zich in de betreffende algemene ledenvergadering te verantwoorden en kan zich daarin door een raadsman laten bijstaan.

Artikel 11 – Bestuur: bijeenroeping, vergaderingen, besluitvorming

  1. Iedere bestuurder is bevoegd een vergadering van het bestuur bijeen te roepen.
  2. De bijeenroeping van de vergaderingen van het bestuur vindt schriftelijk plaats, met inachtneming van een termijn van ten minste zeven dagen, de dag van bijeenroeping en die van de vergadering niet meegerekend, onder opgave van de dag, het aanvangstijdstip en de plaats van de vergadering en van de te behandelen onderwerpen (agenda).
    De bestuurder die voor dit doel een adres aan de vereniging bekend heeft gemaakt, kan tot de vergaderingen van het bestuur worden opgeroepen door een langs elektronische weg aan dat adres gezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht.
  3. De vergaderingen van het bestuur worden gehouden op de plaats te bepalen door degene die de vergadering bijeenroept.
  4. Als wordt gehandeld in strijd met een van de bepalingen van de twee vorige leden kan het bestuur toch rechtsgeldige besluiten nemen, als alle bestuurders in de vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
  5. Een bestuurder kan aan een andere bestuurder schriftelijk volmacht verlenen om zich in de vergadering te laten vertegenwoordigen. Een elektronisch vastgelegde volmacht geldt als een schriftelijke volmacht.
    Een bestuurder kan alleen één medebestuurder in de vergadering vertegenwoordigen.
  6. In de vergaderingen van het bestuur heeft iedere bestuurder één stem.
    Voor zover in deze statuten geen grotere meerderheid is voorgeschreven, worden de besluiten door het bestuur genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Indien het bestuur niet voltallig is en uit een even aantal leden bestaat, zal de voorzitter zich onthouden van het uitbrengen van zijn stem.

Artikel 12 – Bestuur: leiding van de vergaderingen, notulen, besluitvorming buiten vergadering

  1. De voorzitter leidt de vergaderingen van het bestuur; bij zijn afwezigheid voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
  2. De voorzitter van de vergadering bepaalt de wijze waarop de stemmingen in de vergaderingen worden gehouden.
  3. 3. Het in de vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter van de vergadering over de uitslag van een stemming is beslissend.
    Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel. Wordt onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel van de voorzitter de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, als de meerderheid van de vergadering of, als de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk plaatsvond, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
  4. Van het verhandelde in de vergaderingen van het bestuur worden notulen gehouden door de secretaris of een daartoe door de voorzitter van de vergadering aangewezen persoon.
    De notulen worden - nadat zij zijn vastgesteld - door de voorzitter en de notulist van de vergadering ondertekend.
  5. Het bestuur kan ook op andere wijze dan in een vergadering besluiten nemen als alle bestuurders zich schriftelijk vóór het voorstel hebben verklaard.
    Onder een schriftelijke verklaring wordt ook begrepen een langs elektronische weg gezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht, aan het adres dat het bestuur voor dit doel heeft vastgesteld en aan alle bestuurders bekend heeft gemaakt.

Artikel 13 – Bestuur: taken en bevoegdheden

  1. Het bestuur is belast met het besturen van de vereniging. Iedere bestuurder is tegenover de vereniging verplicht tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging en van alles met betrekking tot de werkzaamheden van de vereniging, naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de vereniging kunnen worden gekend.
    Het bestuur is verplicht de bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.
  2. Het bestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen, en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk schuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor de schuld van een derde verbindt.
    Het bestuur heeft de goedkeuring nodig van de algemene ledenvergadering voor het besluiten tot het aangaan van overeenkomsten als hiervoor omschreven. Deze beperking van de bevoegdheid van het bestuur kan aan derden worden tegengeworpen.
    Het bestuur is niet bevoegd tot het aanvaarden van nalatenschappen, tenzij dit plaatsvindt onder het voorrecht van boedelbeschrijving.
  3. Het bestuur heeft de goedkeuring van de algemene ledenvergadering nodig voor besluiten tot:
    1. het huren, verhuren en op andere wijze in gebruik of genot verkrijgen of geven van registergoederen;
    2. het aangaan van geldleningen of kredietovereenkomsten;
    3. het uitlenen van gelden;
    4. het aangaan van een vaststellingsovereenkomst voor de beëindiging van een geschil;
    5. het optreden in rechte, met inbegrip van arbitrale procedures, waaronder niet begrepen het nemen van conservatoire maatregelen en andere rechtsmaatregelen die geen uitstel kunnen lijden;
    6. het doen van investeringen en aangaan van andere rechtshandelingen die uitgaan boven het bedrag dat de algemene ledenvergadering kan vaststellen;
    7. het aangaan, wijzigen of beëindigen van arbeidsovereenkomsten.
    De algemene ledenvergadering kan bij een daartoe strekkend besluit duidelijk te omschrijven andere dan hiervoor omschreven besluiten van het bestuur aan haar goedkeuring onderwerpen. Een dergelijk besluit van de algemene ledenvergadering wordt onmiddellijk aan het bestuur medegedeeld.
    Op het ontbreken van deze goedkeuring kan tegen en door derden geen beroep worden gedaan.

Artikel 14 – Vertegenwoordiging

  1. Tot vertegenwoordiging van de vereniging zijn bevoegd:
    • het gehele bestuur samen;
    • twee gezamenlijk handelende bestuurders, van wie ten minste één moet zijn de voorzitter, de secretaris of de penningmeester.
    Een individuele bestuurder kan de vereniging niet vertegenwoordigen, tenzij het bestuur uit één bestuurder bestaat.
  2. De in het vorig lid van dit artikel opgenomen bevoegdheid van het bestuur en bestuurders tot vertegenwoordiging van de vereniging bestaat ook als tussen de vereniging en een of meer bestuurders een tegenstrijdig belang bestaat.
  3. Het bestuur kan besluiten tot het verlenen van incidentele dan wel doorlopende volmacht aan een of meer bestuurders en/of aan anderen, zowel samen als afzonderlijk, om de vereniging binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.
  4. In alle gevallen waarin de vereniging een tegenstrijdig belang heeft met een of meer bestuurders kan de algemene ledenvergadering een of meer personen aanwijzen om de vereniging te vertegenwoordigen.

Artikel 15 – Verslaggeving en verantwoording

  1. Het boekjaar van de vereniging is gelijk aan het kalenderjaar.
  2. Het bestuur brengt op een algemene ledenvergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, verlenging van deze termijn door de algemene ledenvergadering uitgezonderd, een bestuursverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de vergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de bestuurders. Ontbreekt de ondertekening van een of meer van hen, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt.
    Als de vereniging een of meer ondernemingen in stand houdt, die op grond van de wet in het handelsregister moeten worden ingeschreven, wordt op de staat van baten en lasten de netto-omzet van deze ondernemingen vermeld.
  3. Het bestuur legt de jaarstukken ter goedkeuring voor aan de algemene ledenvergadering.
    Wordt over de getrouwheid van deze stukken geen verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 2:393 lid 1 Burgerlijk Wetboek overgelegd, dan worden daaraan voorafgaand de jaarstukken gecontroleerd door een door de algemene ledenvergadering te benoemen kascontrolecommissie van ten minste twee leden die geen deel mogen uitmaken van het bestuur. Een lid van de kascontrolecommissie kan ten hoogste drie achtereenvolgende jaren zitting hebben in de kascontrolecommissie.
    Het bestuur is verplicht om de kascontrolecommissie inzage te geven in de gehele boekhouding en de daarop betrekking hebbende bescheiden en om alle door haar gewenste inlichtingen te verstrekken. Als de commissie dat voor een juiste vervulling van haar taak noodzakelijk acht, kan zij zich laten bijstaan door een externe deskundige.
    De commissie brengt van haar onderzoek verslag uit aan de algemene ledenvergadering, vergezeld van een advies tot al of niet goedkeuring van de jaarstukken.
    Nadat de jaarstukken zijn goedgekeurd door de algemene ledenvergadering wordt het voorstel gedaan om kwijting te verlenen aan het bestuur voor de door hem daarmee afgelegde rekening en verantwoording.

Artikel 16 - Ledenraad

  1. De vereniging heeft een ledenraad.
    Het aantal leden van de ledenraad wordt vastgesteld door de algemene ledenvergadering en bedraagt een oneven aantal van ten minste drie natuurlijke personen.
  2. De leden van de ledenraad worden benoemd door de algemene ledenvergadering.
    De benoeming van leden van de ledenraad vindt plaats uit een voordracht. Het bestuur is bevoegd een voordracht op te maken. Indien de algemene ledenvergadering in een reglement nadere voorschriften heeft gegeven omtrent de samenstelling van de ledenraad, dient de voordracht door het bestuur en de benoeming door de algemene ledenvergadering te geschieden met inachtneming van deze voorschriften.
    De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de algemene ledenvergadering meegedeeld.
    De voordracht is bindend. Aan de voordracht kan evenwel het bindend karakter worden ontnomen door een besluit van de algemene ledenvergadering, met ten minste twee derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen genomen.
    In die vergadering moet ten minste twee derde (2/3) van de leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
    Als de algemene ledenvergadering het bindend karakter aan de voordracht heeft ontnomen, is zij vrij in de benoeming.
    De algemene ledenvergadering is ook vrij in de benoeming als de voordracht niet uiterlijk bij de oproeping voor de algemene ledenvergadering door het bestuur is meegedeeld.
    Indien het aantal leden van de ledenraad beneden drie (3) is gedaald wordt zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen drie maanden in de vacatures voorzien.
  3. Een lid van de ledenraad moet voldoen aan de volgende vereisten:
    1. een lid van de ledenraad is een natuurlijk persoon;
    2. een lid van de ledenraad is lid van de vereniging of is donateur van de vereniging;
    3. een lid van de ledenraad heeft het vrije beheer over zijn vermogen;
    4. een lid van de ledenraad is geen bestuurder van de vereniging;
    Een lid van de ledenraad mag geen familieband hebben met een bestuurder of met een ander lid van de ledenraad. Onder familieband wordt verstaan bloed- of aanverwantschap tot en met de derde graad en de hoedanigheid van echtgenoot, geregistreerd partner of andere levensgezel waarmee een gemeenschappelijke huishouding wordt gevoerd.
  4. Bij reglement als bedoeld in artikel 28 zullen nadere regels worden vastgesteld omtrent de samenstelling van de ledenraad en de invulling van de taak en bevoegdheden van de ledenraad.
  5. De leden van de ledenraad worden benoemd voor een periode van ten hoogste drie (3) jaar. De ledenraad kan een rooster van aftreden maken. Een lid van de ledenraad kan onmiddellijk eenmaal worden herbenoemd.
    Een lid van de ledenraad die niet onmiddellijk herbenoembaar is, kan weer tot lid van de ledenraad worden benoemd als minimaal drie (3) jaar zijn verstreken na de laatste dag dat hij lid van de ledenraad was.
  6. De leden van de ledenraad kunnen een vergoeding krijgen van de kosten die zij redelijkerwijs hebben gemaakt in de uitoefening van hun functie.
  7. Een lid van de ledenraad kan worden geschorst door een besluit van de algemene ledenvergadering. Op dit besluit is het bepaalde in artikel 10 lid 2 van overeenkomstige toepassing.
  8. Het lidmaatschap van de ledenraad eindigt in dezelfde gevallen en op dezelfde wijze als het bestuurslidmaatschap overeenkomstig het bepaalde in artikel 10 lid 1 eindigt.

Artikel 17 - Ledenraad: vergaderingen en besluitvorming

  1. De ledenraad komt bijeen zodra uitvoering van de aan de ledenraad opgedragen taken dat nodig maakt. De ledenraad komt minimaal tweemaal per jaar bijeen en verder zo vaak als ten minste een van zijn leden dat wenst.
    De voorzitter van het bestuur roept de vergadering van de ledenraad bijeen en treedt op als voorzitter van de vergadering. De voorzitter is als zodanig bevoegd om andere leden van het bestuur op de vergadering uit te nodigen. De voorzitter en de (eventuele) andere leden van het bestuur die aanwezig zijn bij de vergadering van de ledenraad, hebben geen stemrecht.
  2. Het bepaalde in de artikelen 11 en 12 met betrekking tot de vergadering en de besluitvorming van het bestuur zijn zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing op de vergadering van de ledenraad.

Artikel 18 - Ledenraad: taken en bevoegdheden

  1. De ledenraad houdt toezicht op het bestuur en de algemene gang van zaken in de vereniging. Tot de taken van de ledenraad behoren bovendien het adviseren van het bestuur en het voorzien van informatie aan de leden over de koers, het beleid en de statuten en reglementen van de vereniging.
  2. Bij de uitoefening van hun taak richten de leden van de ledenraad zich naar het belang van de vereniging. De leden van de ledenraad oefenen hun functie onafhankelijk uit, zonder last of ruggespraak en zonder een deelbelang te laten prevaleren.
    Een lid van de ledenraad is integer en vermijdt elke vorm en schijn van persoonlijke bevoordeling of belangenverstrengeling tussen hem en de vereniging.
  3. De ledenraad heeft recht op alle voor de uitoefening van zijn taken en bevoegdheden noodzakelijke gegevens.
    De ledenraad heeft recht op inzage van alle boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging.
  4. De ledenraad doet verslag van zijn werkzaamheden. Dit verslag wordt aan de verslaggevingsstukken toegevoegd, als bedoeld in artikel 19 lid 2.

Artikel 19 – De algemene ledenvergadering: bevoegdheid en jaarvergadering

  1. Aan de algemene ledenvergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
  2. Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het boekjaar, wordt een algemene ledenvergadering - de jaarvergadering - gehouden. In de jaarvergadering komen onder meer aan de orde:
    1. het verslag van het bestuur over het afgelopen boekjaar;
    2. het verslag van de ledenraad;
    3. het voorstel tot het al of niet goedkeuren van de jaarstukken over het afgelopen boekjaar;
    4. het voorstel tot verlenen van kwijting aan het bestuur;
    5. de benoeming van de leden van de kascontrolecommissie voor het nieuwe boekjaar;
    6. de benoeming van bestuursleden als er in het bestuur vacatures bestaan;
    7. de benoeming van leden van de ledenraad als er in de ledenraad vacatures bestaan; en
    8. voorstellen van het bestuur of de leden, zoals aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.
  3. Uiterlijk één maand voor het verstrijken van het boekjaar, legt het bestuur de begroting voor het komende boekjaar ter inzage van de leden.

Artikel 20 – De algemene ledenvergadering: oproeping

  1. De algemene ledenvergadering wordt bijeengeroepen door het bestuur.
    Een aantal leden, samen bevoegd tot het uitbrengen van ten minste een tiende deel van de stemmen, kan het bestuur schriftelijk verzoeken een algemene ledenvergadering bijeen te roepen binnen vier weken na dat verzoek. Als het bestuur niet binnen veertien dagen na ontvangst van dat verzoek de uitnodiging tot de vergadering heeft laten uitgaan, kunnen de verzoekers zelf de vergadering bijeenroepen.
    Aan de eis van schriftelijkheid van het verzoek bedoeld in de vorige alinea wordt ook voldaan als het verzoek elektronisch is vastgelegd.
  2. De oproeping tot de algemene ledenvergadering vindt plaats door middel van een schriftelijk bericht aan de adressen van de leden volgens het ledenregister.
    De bijeenroeping kan, als een lid hiermee instemt, ook plaatsvinden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door het lid voor dit doel is bekend gemaakt.
  3. De termijn van oproeping bedraagt ten minste veertien dagen, de dag van de oproeping en de dag van de vergadering niet meegerekend.
  4. Naast de plaats, datum en tijd van de vergadering, moet de oproeping een agenda bevatten waaruit blijkt welke onderwerpen aan de orde worden gesteld.

Artikel 21 – De algemene ledenvergadering: toegang en stemrecht

  1. Toegang tot de algemene ledenvergadering hebben alle niet-geschorste leden van het bestuur en van de vereniging. De vergadering kan besluiten ook andere personen tot (een deel van) de vergadering toe te laten. Geschorste leden en leden van wie het lidmaatschap is opgezegd of die uit het lidmaatschap zijn ontzet, hebben toegang tot dat deel van de vergadering waar het beroep tegen schorsing, opzegging of ontzetting aan de orde is.
  2. Uitsluitend leden kunnen een stem uitbrengen. Ieder lid heeft één stem.
    Een geschorst lid heeft geen stemrecht.
  3. Een stemgerechtigd lid kan een ander stemgerechtigd lid volmacht geven namens hem te stemmen.
    Deze volmacht moet schriftelijk worden gegeven en vóór de stemming aan het bestuur worden overgelegd.
    Aan de eis van schriftelijkheid van de volmacht wordt voldaan als de volmacht elektronisch is vastgelegd.
    Eén lid kan niet meer dan twee (2) andere leden vertegenwoordigen.

Artikel 22 – De algemene ledenvergadering: besluitvorming

  1. Voor zover in deze statuten niet anders is bepaald, wordt een besluit genomen met volstrekte meerderheid van stemmen van de in de vergadering aanwezige en vertegenwoordigde leden, ongeacht hun aantal.
    Blanco en ongeldige stemmen tellen niet mee voor de besluitvorming maar tellen wel mee voor het bepalen van een in deze statuten voorgeschreven quorum.
  2. Het in de vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter over de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel. Wordt onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel van de voorzitter de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats als de meerderheid van de vergadering of, als de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk plaatsvond, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
  3. Als bij stemming over de verkiezing van personen bij eerste stemming geen meerderheid wordt verkregen, dan zal een nieuwe stemming plaats hebben. Als ook dan geen meerderheid verkregen wordt, zal bij een tussenstemming worden beslist tussen welke personen zal worden herstemd.
    Staken de stemmen bij verkiezing van personen, dan beslist het lot.
  4. Als de stemmen staken over een voorstel dat niet over de verkiezing van personen gaat, is het voorstel verworpen.
  5. Alle stemmingen vinden mondeling plaats, tenzij de voorzitter of ten minste drie leden vóór de stemming laat of laten weten een schriftelijke stemming te verlangen.
    Schriftelijke stemming vindt plaats bij ongetekende, gesloten stembriefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk tenzij een lid hoofdelijke stemming verlangt.
    Een stemgerechtigd lid kan zijn stemrecht ook uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel, op voorwaarde dat de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen op de vergadering en het stemrecht kan uitoefenen.
    Het bestuur kan voorwaarden stellen aan het gebruik van het elektronisch communicatiemiddel. Deze voorwaarden worden bij de oproeping bekend gemaakt.
    Een stemgerechtigd lid kan zijn stem voorafgaand aan de algemene ledenvergadering via een elektronisch communicatiemiddel uitbrengen, maar niet eerder dan op de dertigste dag voor die van de vergadering. Een dergelijke stem wordt gelijkgesteld met stemmen die gedurende de vergadering worden uitgebracht. Een stem die op die wijze is uitgebracht, kan niet worden herroepen.
  6. Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft dezelfde kracht als een besluit van de algemene ledenvergadering, als dit met voorkennis van het bestuur is genomen.
  7. Als in een vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen - mits met algemene stemmen - geldige besluiten worden genomen over alle aan de orde komende onderwerpen, ook al is het onderwerp niet of niet op de voorgeschreven wijze bij de oproeping aangekondigd of heeft de oproeping niet op rechtsgeldige wijze plaatsgevonden.

Artikel 23 – De algemene ledenvergadering: leiding en notulen

  1. Een algemene ledenvergadering wordt geleid door de voorzitter van de vereniging.
    Ontbreekt de voorzitter, dan wijst het bestuur een ander bestuurslid aan als voorzitter van de vergadering. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
  2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter van de vergadering daartoe aangewezen persoon notulen gehouden, die door de voorzitter en de notulist door ondertekening worden vastgesteld.

Artikel 24 – Statutenwijziging

  1. De statuten van de vereniging kunnen worden gewijzigd door een besluit van de algemene ledenvergadering. Wanneer aan de algemene ledenvergadering een voorstel tot wijziging van de statuten zal worden gedaan, moet dat steeds bij de oproeping tot de algemene ledenvergadering worden vermeld en dient de ledenraad voorafgaand aan het voorstel te worden geraadpleegd.
  2. Degenen die de oproeping tot de algemene ledenvergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgestelde wijziging woordelijk is opgenomen, en het advies van de ledenraad op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen. Dit afschrift moet ter inzage liggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.
  3. Een besluit tot statutenwijziging moet worden genomen met een meerderheid van ten minste twee derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen.
    In die vergadering moet ten minste twee derde (2/3) van de leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
    Is het vereiste aantal leden niet aanwezig of vertegenwoordigd, dan kan een nieuwe algemene ledenvergadering worden bijeengeroepen waarin het besluit kan worden genomen met een meerderheid van ten minste twee derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen, onafhankelijk van het aantal op deze vergadering aanwezige of vertegenwoordigde leden. Bij de oproeping voor de nieuwe vergadering moet worden vermeld dat en waarom een besluit kan worden genomen, onafhankelijk van het aantal op de vergadering aanwezige of vertegenwoordigde leden.
    De hiervoor bedoelde tweede vergadering wordt niet eerder dan twee (2) weken en niet later dan vier (4) weken na de eerste vergadering gehouden.
  4. Een statutenwijziging wordt van kracht onmiddellijk nadat deze in een notariële akte is vastgelegd. Iedere bestuurder is bevoegd om een statutenwijziging bij notariële akte vast te leggen.
    Een authentiek afschrift van de akte van wijziging en een doorlopende tekst van de gewijzigde sta¬tuten moeten worden neergelegd bij het handelsregister.

Artikel 25 – Fusie, splitsing, omzetting

Op een besluit van de algemene ledenvergadering tot fusie of splitsing in de zin van titel 7 van Boek 2 Burgerlijk Wetboek en op een besluit van de algemene ledenvergadering tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm overeenkomstig artikel 2:18 Burgerlijk Wetboek, is het bepaalde in het vorige artikel zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing, onverminderd de eisen van de wet.

Artikel 26 – Ontbinding

  1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene ledenvergadering. Het in deze statuten bepaalde over een besluit tot statutenwijziging is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot ontbinding.
    Bij het besluit tot ontbinding wordt de bestemming van een eventueel batig liquidatiesaldo vastgesteld.
    Als de vereniging op het tijdstip van haar ontbinding geen baten meer heeft, houdt zij op te bestaan. In dat geval doet het bestuur daarvan opgave aan het handelsregister.
    De boeken en stukken van de ontbonden vereniging blijven gedurende zeven jaren nadat de vereniging heeft opgehouden te bestaan onder bewaring van de door het bestuur bij het besluit tot ontbinding aangewezen persoon. Binnen acht dagen na het ingaan van zijn bewaarplicht moet de aangewezen bewaarder zijn naam en adres opgeven aan het handelsregister.
  2. De vereniging wordt bovendien ontbonden door:
    • insolventie nadat de vereniging in staat van faillissement is verklaard of door opheffing van het faillissement wegens de toestand van de boedel;
    • een daartoe strekkende rechterlijke uitspraak in de bij de wet genoemde gevallen.

Artikel 27 – Vereffening

  1. Het bestuur is belast met de vereffening van het vermogen van de vereniging, voor zover bij het ontbindingsbesluit geen andere vereffenaar(s) is (zijn) aangewezen.
  2. Na het besluit tot ontbinding bevindt de vereniging zich in liquidatie.
    De vereniging blijft na haar ontbinding voortbestaan als en voor zover dit voor de vereffening van haar vermogen nodig is.
    Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten voor zoveel mogelijk en nodig van kracht.
    In stukken en aankondigingen die van de vereniging uitgaan, moet ‘in liquidatie’ aan de naam van de vereniging worden toegevoegd.
  3. Een batig saldo na vereffening krijgt een bestemming die zoveel mogelijk in overeenstemming is met het doel van de vereniging.
    Deze bestemming wordt vastgesteld bij het ontbindingsbesluit, of bij het ontbreken daarvan, door de vereffenaar(s).
    De vereffening eindigt op het tijdstip waarop geen aan de vereffenaars bekende baten meer aanwezig zijn.
    De vereniging houdt bij vereffening op te bestaan op het tijdstip waarop de vereffening eindigt. De vereffenaars doen daarvan opgave aan het handelsregister.

Artikel 28 – Reglementen

  1. De algemene ledenvergadering kan een of meer reglementen vaststellen. Wanneer aan de algemene ledenvergadering een voorstel tot het vaststellen van een reglement wordt gedaan dient de ledenraad voorafgaand aan het voorstel te worden geraadpleegd.
  2. Een reglement kan nadere regels geven over onder meer het lidmaatschap, de registratie van opleidingsinstanties op het gebied van NLP, de samenstelling en taken van de ledenraad, de introductie van nieuwe leden, de contributie, de werkzaamheden van het bestuur, werkgroepen of commissies, de vergaderingen.
    Een reglement mag niet in strijd zijn met de wet of met de statuten en mag geen bepalingen bevatten die bij statuten behoren te worden geregeld.